Pawel Wrobel

Pawel Wróbel werd in 1913 geboren in het kolenmijndorp Szopienice in Katowice (Polen) als zoon van een ongehuwde moeder. In zijn kinderjaren moest hij bedelen en stelen om aan wat eten te komen. Met tegenzin zat hij 3 jaar op de basisschool en op negenjarige leeftijd ging hij in de locale kolenmijn Wieczorek werken, eerst als belader en later als kolendelver. Als compensatie voor het grauwe mijnwerkersbestaan maakte hij tekeningen van cowboys en mooie vrouwen die hij voor een habbekrats verkocht om wodka te kunnen kopen.

Vliegeren in Katowice 1974. Akryl op canvas 60 x 50 cm

Aan de vooravond van 2e wereldoorlog werd hij opgeroepen voor het Poolse leger en hij nam deel aan de septembercampagne van 1939. Nadat hij gewond was geraakt in de slag om Przemysl werd hij gevangen genomen door de Duitsers maar wist te ontsnappen. Terug in Katowice tekende hij de ‘Deutsche Volksliste’ die bedoeld was om arbeidskrachten met een etnisch-Duitse familieachtergrond voor de Silezische zware industrie te behouden. Desondanks werd hij in december 1944 zoals vele anderen ingelijfd bij de Wehrmacht. Hij deserteerde, werd gevangen genomen door de Sowjets en gedeporteerd naar een krijgsgevangenkamp op het Siberische schiereiland Kamchatka. In Kamchatka werd hij tezamen met tienduizenden andere krijgsgevangenen onder onmenselijke omstandigheden te werk gesteld aan de bouw van de Stalin-spoorlijn. In de winter 60 graden vorst en ‘s-zomers afschuwelijke muggenplagen. Na de dood van Stalin in 1953 werd de gevangenen amnestie verleend. Het spoorlijnproject is volledig mislukt.

garderobe in de mijn. 1974. Akryl op canvas. 51 x 61 cm.

Na terugkeer in zijn geboortedorp ging hij opnieuw in de kolenmijn ging werken. Als vrijetijdsbesteding richtte hij de Grupa Janowska op, een mijnwerkersgenootschap van een tiental zeer getalenteerde amateur kunstschilders, allen woonachtig in de wijk Nikiszowiec. De groep veroverde in de loop der jaren met kunstenaars als Teofil Ociepka, Erwin Sówka, Ewald Gawlik en Eugeniusz Bak een toppositie  in de niet-professionele Poolse schilderkunst.

Wróbel schildert het Silezische landschap met zijn hoge mijntorens, rokende schoorstenen, kegelvormige slakkenbergen en kolentreinen, de arbeid in de kolenmijn en het sociale en culturele leven met zijn feesten, trouwpartijen en begrafenissen. Zijn afbeeldingen staan in hun vrolijke kleurenrijkheid en intensiteit in schril contract met de grauwe werkelijkheid van het mijnwerkersbestaan.

Mijnwerkersbruiloft. 1971. Akryl op bord. 50 x 82 cm.

Vrijwel vanaf het begin van zijn schildersloopbaan werd zijn kunst met groot enthousiaste ontvangen, hij werd zeer populair en kreeg de bijnaam ‘de Silezische Bruegel”. Hij heeft vele prijzen gewonnen bij regionale en landelijke competities. Zijn werk is opgenomen in de vaste collecties van musea in Polen (Warszawa, Katowice, Bytom, Zabze, etc.), Duitsland, Zwitserland en Zweden en is geëxposeerd in Frankrijk (Laval) en Nederland (Zwolle, Dordrecht en Papendrecht). De Poolse televisie heeft meerdere zeer belangwekkende documentaires over zijn levens en kunst vervaardigd.

Hij overleed in 1984 in zijn geboortedorp.

Begrafenis van een mijnwerker. 1971. Akryl op canvas. 61 x 51 cm.

VOOR MEER FOTO’S ZIE:

INSTAGRAMACCOUNT WILLEM OTTEN (#wróbelwo #pawełwróbel)

VOOR EXPOSITIE ZIE ottenexposition.nl